Barendina Baijens (1823 – 1895) uit Goes.

Barendina Baijens wordt geboren op 21/1/1823 op Wolfaartsdijk als dochter van Pieter Baijens en Jacoba Tramper. Ze wordt vernoemd naar haar grootmoeder langs moederskant, Berendina Bevelander. Ze groeit op met één oudere zuster en vier broers. Een jonger zusje sterft als baby.

In het gezin van Barendina overheerst vooral de armoede. Haar vader heeft een opleiding als kleermaker gehad, maar omdat hij daar niet genoeg mee kan verdienen  om zijn gezin van te onderhouden, wordt hij noodgedwongen arbeider. En ook dat levert niet veel op.

Barendina is 19 wanneer haar vader sterft, en nog eens twee jaar later moet ze ook haar moeder begraven en is ze volledig wees. Haar oudste zus Maatje en haar broers Adriaan en Maarten zijn dan al getrouwd en het huis uit. Broer Martinus vertrekt naar Kapelle waar hij trouwt en de rest van zijn leven blijft wonen.

En Barendina blijft achter met haar tien jaar jongere broer Jan, die 11 jaar is als hun moeder sterft. Wellicht blijven ze samen in het ouderlijk huis wonen en leven ze van de opbrengst van de moestuin, aangevuld met wat ze van anderen krijgen. Wellicht is de situatie bedoeld als tijdelijk. Totdat één van de twee trouwt.

Maar Jan trouwt niet. Hij blijft samen met zijn zuster tot hij sterft op 30/6/1877 op Wolfaartsdijk, hij is dan 43 jaar en van beroep koopman. Twee dagen na zijn dood gaat broer Maarten aangifte doen van zijn overlijden op het gemeentehuis. Broer Adriaan, de oudste van het gezin, is dan al overleden.

Barendina blijft op haar 54ste dus alleen achter en zonder gezin is dat erg stil. Maar dan krijgt ze een huwelijksaanzoek van de tien jaar oudere Jacob Kwaak, een arbeider die in Goes woont en weduwnaar is. Op 20/3/1879 trouwen ze op het stadhuis van Goes; Barendina is dan 56 jaar en kort voor haar huwelijk is ze naar Goes verhuisd.

Hun huwelijk is kosteloos want zowel de bruid als bruidegom zijn in het bezit van een zogenoemd bewijs van onvermogen. Ook kunnen beiden hun huwelijksakte niet ondertekenen omdat ze nooit geleerd hebben te lezen of te schrijven. Barendina verklaart tijdens haar huwelijksvoltrekking dat ze geen beroep heeft.

Jacob Kwaak is geboren op Sint Annaland op 17/3/1813 als zoon van Adriaan Kwaak en Neeltje van Dommele. Samen met zijn eerste vrouw, Pieternella Douw, krijgt hij vijf kinderen, waarvan er twee jong sterven. Als Jacob trouwt met Barendina Baijens is hij al ruim twee jaar weduwnaar en ook zijn kinderen zijn dan allemaal al getrouwd.

Op 6/8/1883, wanneer ze ruim 4 jaar getrouwd is en inmiddels 60 jaar, vindt Barendina een betrekking als inwonende dienstbode in Kloetinge waar ze zich officieel laat inschrijven in een woning aan het Noordeinde. Ze werkt er bij A. Zuidweg en G. Westdorp. Op 29/1/1887 keert ze weer terug naar haar bejaarde echtgenoot in Goes, die wellicht op dat moment zelf inwoont bij één van zijn dochters.

Twee jaar later – ze is dan inmiddels 66 jaar – laat Barendina zich op 12/7/1889 opnieuw inschrijven als dienstbode in Kloetinge, dit keer bij Leys. Ze is er amper en dan sterft haar man in Goes (op 23/7/1889, hij werd 76 jaar). Vier maanden later keert Barendina als weduwe terug naar Goes. Haar huwelijk heeft tien jaar geduurd.

Twee dagen na haar 72ste verjaardag, op 23/1/1895, sterft Barendina Baijens in Goes. Ik ga er van uit dat ze tot haar dood heeft moeten werken.

Plaats een reactie