Richaert Gout (1643 – circa 1695) uit Colijnsplaat.

Richaert / Rutsaert / Ruijster Gout wordt gedoopt op 26/7/1643 te Colijnplaat als vermoedelijk jongste zoon van Rogier Goudt en Teunken Jans. Zijn ouders vernoemen hem naar zijn grootvader Richaert Goudt uit Wemeldinge, die ook zijn doopgetuige is. Hij groeit op met twee oudere zusters – Janneke en Hilleke – en een oudere broer Jan.

Zijn vader en zijn grootvader zijn timmerman, en zelf wordt hij ook timmerman. En dat betekent dat hij telkens verhuist naar plaatsen waar er op dat moment veel werk is. In 1652, Wanneer Richaert een kind van 9 jaar is, verhuizen zijn ouders naar Heijnsdijk in ’t Hulsterambacht.

Zijn vader werkt er onder andere in de buurt van Lillo, waar nu de haven van Antwerpen is. Het lijkt aannemelijk dat Richaert aanvankelijk samen met zijn vader werkt, terwijl hij op die manier het ambacht leert. In het hele gebied van het Hulster Ambacht kan ik geen enkel document vinden waarin Richaert wordt vermeldt.

Richaert blijft niet hangen in Zeeuws-Vlaanderen; op een bepaald moment steekt hij voor goed de Westerschelde over. Mogelijk woont hij ook een tijdje bij zijn grootouders Ritsert Goudt en Sara Schrande in Goes. In elk geval verblijft hij lang genoeg in de omgeving van Goes of Kloetinge om daar zijn toekomstige vrouw te leren kennen.

Rond 1664 trouwt hij met Josijntje Pieters Vermeer; een dochter van Pieter Joosse Vermeer en Hubrechtje Jacobs Dijkwel. Ze is geboren circa 1643 op de hoeve van haar vader bij de mole van Cloetinge. [NB: De huidige stenen molen van Kloetinge dateert van 1704 en bestond dus nog niet toen Josijntje Pieters werd geboren]. Josijntje is vernoemd naar haar grootvader Joos Vermeere.

Op het moment dat ze trouwt is Josijntje volledig wees; haar vader overleed in mei 1661 toen ze 17 jaar was en haar moeder was toen al (vermoedelijk een jaar ervoor) overleden. Uit een weeskamer akte van Kloetinge dd 15/4/1662 blijkt dat ze ook nog een broer Jacob heeft (dan 16), een broer Jan (dan 13), een zus Susanna (10), een zus Cornelia (7), een zus Pieternelle (5) en een broertje Cornelis (2 jaar).

Rond 1665 wordt zoon Pieter Gout geboren maar tot nu toe heb ik van hem geen doopaantekening kunnen vinden. Hij wordt in elk geval vernoemd naar zijn grootvader Pieter Joosse Vermeere. Uit een veel later testament van een ongehuwd overleden familielid blijkt dat Pieter uiteindelijk de enige uit het gezin is die in 1716 (vlak voor zijn dood) nog levende nakomelingen heeft.

Rutsaert Gout en Josynken Pieters laten te Biezelinge op 29/6/1669 een dochter Sara Gout dopen. Het kindje wordt vernoemd naar haar overgrootmoeder Sara Jans [Schrande], vroedvrouw te Goes en weduwe van overgrootvader Ritsert Gout. Overgrootmoeder Sara Jans is persoonlijk doopgetuige, samen met Sander de Coo – hij woont op Kapelle en verzorgt op dat moment de jongste twee weeskinderen uit het gezin Vermeere – Dijkwel.

Ik weet niet zeker of dochter Sara blijft leven, of dat er een paar jaar later een ander kindje wordt gedoopt wat eveneens de naam Sara krijgt. In elk geval is er een Sara Gouts die op 31/8/1710 te Yerseke een kind Maria laat dopen; vader is Cornelis Bakker. Doopgetuigen zijn [haar broer] Pieter Goud en [zijn vrouw] Maria Marinusdr. [Coole].

Vervolgens laten Ruijster Gous en Josijntjie Pieters Vermeere te Oost-Souburg op 8/6/1678 een kind dopen genaamd Rogier Gout, vernoemd naar zijn grootvader Rogier Goudt. Doopgetuigen zijn Andries Boone en [tante] Pieternelle Vermeere. Het is mogelijk dat baby Rogier dezelfde persoon als Reijnier Gout, die op 2/1/1711 als weduwnaar van Catharina Scheers, te Kloetinge trouwt met Anna Dournelle, weduwe van Felix Baptist. Op 20/1/1714 hertrouwt zijn weduwe te Kloetinge.

De volgende vermelding komt uit het trouwboek van Krabbendijke en is gedateerd 17/5/1680: Richard Goudt, weduwnaar van Josintie Pieters Vermeer, trouwt met Jannetie Corstiaans, weduwe van Jan Isaacks.

In het trouwboek van Kruiningen lezen we iets anders: ondertrouw 25/5/1680 Krabbendijke, attestatie verleend, Richard Gout, weduwnaar Josintje Pieters Vermeer, en Janneke Bastiaans, weduwe van Jan Isaakse de Hamer.
NB: Jan Isaakse de Hamer zou op Kruiningen gewoond hebben en was eerder gehuwd met Desijntje Joos van der Meerse. Hij zou rond 1672 zijn gehuwd met Janneke Corstiaens of Bastiaens. Ik kan noch uit het eerste, noch uit het tweede huwelijk kinderen vinden die op Kruiningen zijn gedoopt.

Daarna lezen we in het Schepenboek van Krabbendijke op 7/4/1683: Richaert Gout, van Yerseke, timmerman, levering aan Pieter Joosse van der Merssen.

En vervolgens een aantekening uit het trouwboek van Yerseke: Russer Gout, weduwnaar van Jannetien Christiaans, van Colijnsplaat, met Teuntien Pieters, weduwe van Cornelis Bonifacius. Getrouwd 13/4/1686.

In 1694 woont Rutsaart Gout nog altijd in in Yerseke, waar hij 1 £ 2 schelling Haardstedengeld (belasting op haardsteden) betaalt. Hij behoort tot de lijst van halve getauxeerden van Ierseke. Hij is op dat moment het enige gezinshoofd met de achternaam Gou(d)t op heel Zuid-Beveland. En dat is het laatste wat ik van Richaert Gout kan vinden.

Uit één van zijn twee laatste huwelijken is tussen circa 1684 en circa 1688 nog een dochter Teuntje Gout (Teuntje Rusters) geboren, wellicht vernoemd naar haar grootmoeder Teuntje Jans. Zij gaat op 19/6/1708 te Wemeldinge in ondertrouw met Jan Pietersen van Goosen, gedoopt 1/8/1683 te Wemeldinge als zoon van Pieter Janssen van Goossen en van Annetje Jans Lietaer.

Teuntje Rusters Gout woonde kort voor haar huwelijk eventjes in Yerseke en werd daar 9/7/1708 uitgeschreven als lidmaat om in Wemeldinge te kunnen trouwen. Teuntje en haar man worden allebei als lidmaat aangenomen van de NH kerk te Wemeldinge op 2/4/1712. Daar laten ze de volgende kinderen dopen:

  • 20/11/1709: Anna, vernoemd naar haar grootmoeder Annetje Jans Lietaer. Doopgetuige is Willemijntje Jans.
  • 21/3/1711: Pieternella, vernoemd naar haar grootvader Pieter Jansen van Goossen. Doopgetuige is Jannitje Heydriks.
  • 23/11/1713: Cornelia. Doopgetuige is Maetje Jan van Sas.
  • 7/9/1716: Foretie. Doopgetuigen zijn Dirk Janse van Daale en Tannetie Arijaan Bokkers.
  • 6/2/1718: Janna. Doopgetuige is [tante] Sara Rusters (Gout). NB: dit zou er op kunnen wijzen dat Teuntje Rusters Gout een dochter is van Janneke Bastiaens of Corstiaens. Het kindje is dan dus vernoemd naar de grootmoeder.
  • 14/2/1720: Teuntje. Doopgetuigen zijn [oom] Jacobus van Goosen en Pieternella Konink. Ik vermoed dat de naam Teuntje hier verwijst naar Teuntje Jans, de moeder van Richaert Gout. Er bestaat geen vrouwelijke variant van de naam Richaert en in dat geval werd er soms voor gekozen om het kind te vernoemen naar de moeder van de (groot)vader.
  • 4/10/1722: Catalijna. Doopgetuige is Anna Gerard.
  • 12/2/1724: Pieter, vernoemd naar grootvader Pieter van Goosen. Doopgetuige is Neeltje Adriaens Bos.
  • 30/9/1725: Sara, wellicht vernoemd naar haar tante Sara Rusters Gout die op haar beurt is vernoemd naar haar overgrootmoeder Sara Jans Schranden. Doopgetuige is Tanneken Jacobs Coreman.
  • 27/11/1729: Maria, wellicht vernoemd naar haar tante Maria van Goossens. Doopgetuige is Geertje Cornelis.
  • 3/7/1731: Pieter, vernoemd naar grootvader Pieter van Goosen. Doopgetuige is [grootmoeder] Anna Jans [Lietaer], weduwe van Pieter van Goosen.

Plaats een reactie