Maandelijks archief: juli 2022

Pieter de Wolf (1801 – 1891) en Elizabeth Suwijn (1802 – 1870) uit Cadzand.

Pieter de Wolf wordt geboren op 31/10/1801 te Zuidzande als zoon van Pieter de Wolf en van Elizabeth La Vienne. Zijn vader is winkelier te Zuidzande. Als Pieter 12 jaar is, overlijdt zijn vader (op 11/3/1814). Ik kan geen broers of zussen vinden van Pieter, en ook eventuele kinderen uit het eerste huwelijk van zijn vader met Catharina Brecon zijn vermoedelijk dan al overleden.

Op 5/3/1823 trouwt Pieter te Cadzand met Elizabeth Suwijn. Ze is geboren 1801/1802 te Cadzand als dochter van Abraham Suwijn en van Katharina de Die.

Pieter werkt als landmansknecht wanneer hij trouwt, Elizabeth is dan dienstmeid. Later werken ze allebei als (land)arbeider. Hun kinderen, allemaal geboren te Cadzand.

  • 15/9/1824: Pieter de Wolf, vernoemd naar zijn grootvader Pieter de Wolf. Hij trouwt 15/8/1850 te Cadzand met Katharina Cappon. Ze emigreren 30/6/1881 naar de VS.
  • 17/9/1825: Abraham, vernoemd naar zijn grootvader Abraham Suwijn. Hij overlijdt 12/5/1826 te Cadzand als baby van 8 maanden.
  • 6/8/1826: Abraham, vernoemd naar zijn grootvader Abraham Suwijn. Hij overlijdt 23/10/1827 te Cadzand als baby van ruim 1 jaar.
  • 28/12/1827: Jannis de Wolf, vernoemd naar zijn overgrootvader Jannis de Wolf. Hij trouwt 27/1/1858 te ’s Gravenhage met Anne Thérése Amelie Hofman en hij trouwt op 19/7/1871 te ’s Gravenhage met Catharina Antonia van der Hooft. Hij overlijdt 27/2/1894 te ’s Gravenhage (66 jaar).
  • 14/4/1829: Abraham, vernoemd naar zijn grootvader Abraham Suwijn. Hij overlijdt 1/4/1830 te Cadzand als baby van bijna 1 jaar.
  • 20/7/1830: Elizabeth de Wolf, vernoemd naar haar grootmoeder Elizabeth La Vienne. Ze trouwt op 19/3/1857 te Cadzand met Adriaan Wisse en overlijdt 17/2/1922 te Sluis (91 jaar).
  • 31/1/1832: Katharina de Wolf, vernoemd naar haar grootmoeder Katharina de Die. Ze trouwt 5/5/1859 te Cadzand met Jakob de Maillie en overlijdt 31/5/1909 te Nieuwvliet (77 jaar).
  • 17/4/1833: Sara de Wolf, vernoemd naar haar overgrootmoeder Sara Gadenne. Ze trouwt 31/3/1867 te Retranchement met Jakob du Mez. Ze overlijdt 5/10/1876 te Oostburg (43 jaar).
  • 17/9/1834: Maria, vernoemd naar haar bet-overgrootmoeder Marie Crince. Ze overlijdt 14/11/1834 te Cadzand als baby van 2 maanden.
  • 29/2/1836: Maria de Wolf, vernoemd naar haar bet-overgrootmoeder Marie Crince. Ze trouwt 31/3/1867 te Retranchement met Bastiaan Gernaart. Ze emigreren 17/7/1868 naar de VS, waar Maria de Wolf omstreeks mei 1924 overlijdt te Sodus, Wayne, New-York.
  • 18/3/1837: Abraham, vernoemd naar zijn grootvader Abraham Suwijn. Hij overlijdt 17/5/1838 te Cadzand als baby van ruim 1 jaar.
  • 28/6/1838: Suzanna de Wolf. Ze trouwt 23/9/1863 te Cadzand met Jannis de Ruijsscher en overlijdt 6/1/1928 te Sluis (89 jaar).
  • 2/2/1840: Jakobus de Wolf, vernoemd naar zijn bet-overgrootvader Jacob Chuin (Suwijn). Hij trouwt op 25/4/1867 te Cadzand met Adriana van Hanegem. Hij overlijdt 5/9/1924 te Zuidzande (84 jaar).
  • 16/2/1841: Izaak. Hij overlijdt 28/2/1841 te Cadzand als baby van 12 dagen.
  • 9/2/1842: Izaak de Wolf. Hij trouwt op 27/9/1866 te Retranchement met Maria Wittevrongel. Ze emigreren 28/2/1896 naar Brighton, Monroe, USA.
  • 23/9/1843: Janneke. Ze overlijdt 19/10/1843 te Cadzand als baby van enkele weken oud.
  • 12/1/1846: Magdaleena de Wolf. Ze trouwt 4/4/1872 te Retranchement met Abraham Tack. Ze emigreren 12/6/1876 naar de VS.

Elisabeth Suwijn overlijdt 6/12/1870 te Retranchement (68 jaar). Ze werkt tot haar dood als arbeidster. Haar overlijden wordt aangegeven door haar echtgenoot.

De vader van het gezin, Pieter de Wolf, overlijdt 5/10/1891 te Zuidzande op de leeftijd van 89 jaar. Zijn overlijden wordt aangegeven door zijn zoon Jakobus de Wolf.

Mathijs de Wolf (ong. 1614 – 1678) en Magdalena Gort (ong. 1614 – 1681) uit Goes.

Mathijs de Wolf wordt omstreeks 1614 geboren in Goes als het jongste (overlevende) kind van Joos de Wolff en Margarieta Pieters. Zijn vader is schipper en zijn gezin woont op de plaats waar nu Grote Kade 18 in Goes is. Na de dood van zijn vader, koopt Mathijs dit huis over van zijn broer en zus. Tegen die tijd heeft hij zelf al een gezin.

Mathijs is nog een baby of een kleuter wanneer zijn moeder sterft. Op dat moment bestaat het gezin uit oudste dochter Maeijken, en verder alleen maar zonen: Pieter, Gillis, Stoffel en Jan. Tegen de tijd dat Mathijs zelf volwassen is, zijn hoogstwaarschijnlijk drie van zijn broers inmiddels overleden en zijn alleen zus Maeijken en broer Pieter nog in leven.

En Mattijs zelf is er nog. Hij krijgt een stiefmoeder (Helena, dochter van Pieter Busschieter) die zelf weduwe is, maar die vermoedelijk geen eigen kinderen meebrengt in het gezin.

Op 1/2/1636 trouwt Matthijs de Wolff te Goes met Magdalena Gortssen. Zij is geboren omstreeks 1614 in Goes als dochter van Cornelis Gortssen en van Tanneken Hubrechtsen. Haar vader is geboren in Douai (Noord-Frankrijk) en haar moeder komt uit Hulst. Haar ouders trouwen in 1609 en Magdalena is het derde overlevende kind. In 1648 zijn er nog altijd 6 van haar broers en zussen in leven.

De kinderen van Mathijs de Wolf en Magdalena Gortsen, allemaal gedoopt te Goes:

  • 25/10/1637: Joos. Hij wordt vernoemd naar zijn grootvader Joos Janssen de Wolf, die ook doopgetuige is, samen met grootmoeder Tanneke Hubrechts en tante Janneke Isaax. Joos Mathijse de Wolf wordt begraven op februari 1711 in Goes.
  • 23/1/1639: Cornelis, vernoemd naar zijn grootvader Cornelis Gortsen die ook aanwezig is als doopgetuige. Overige doopgetuigen zijn tante Maeijken Joos de Wolf en stiefgrootmoeder Helena Pieters, de vrouw die Mathijs de Wolf als kleuter onder haar hoede kreeg. Cornelis trouwt driemaal en overlijdt omstreeks 1700, vermoedelijk in Borssele.
  • 26/12/1640: Griettje, vernoemd naar grootmoeder Margareta Pieters. Doopgetuigen zijn oom Hubrecht Cornelissen Gort en tante Jacquemijntje Hendrix Mispelbloeme. Ze overlijdt als baby.
  • 15/1/1642: Margriete, vernoemd naar grootmoeder Margareta Pieters. Doopgetuigen zijn oom Pieter Joossen de Wolf, tante Maeijken Cornelis Gort en tante Joseijnken Cornelis Gort.
  • 2/3/1644: Tanneken, vernoemd naar haar grootmoeder Tanneken Huijbregts. Doopgetuigen zijn grootvader Cornelis Gortssen, oom Pieter Christiaanssen en tante Jannetje Cornelis Gortssen. Ze trouwt met Cijprianus Verkamer. Op 23/1/1676 wordt te Goes dochtertje Magdalena gedoopt en op 23/5/1674 dochter Stoffelijntjen.
  • 31/3/1645: Maeijken. Doopgetuigen zijn oom Franchoijs Gortssen en Jacomijntjen Borm.
  • 31/8/1646: Jan, vernoemd naar zijn overgrootvader Jan de Wolff. Doopgetuigen zijn Cornelis Andriessen en Francijntjen Rousseaus. Jan de Wolf trouwt 15/5/1680 te Goes met Cornelia Pieters en laat 14/5/1681 een kind Matthijs dopen wat na 5 maanden wordt begraven. Hij hertrouwt 1/10/1681 met Pieternelle Cauweliers. Jan Matthijssen de Wolf wordt begraven op 22/10/1690 in de kerk in Goes.
  • 5/2/1648: Hubrecht, vernoemd naar overgrootvader Hubrecht N.N. uit Hulst. Doopgetuigen zijn oom Pieter Christiaenssen en tante Catelijntjen Cornelis Gortssen. Huibrecht Mathijssen de Wolf, wonende in Delft, koopt 21/1/1697 een huis genaamd de Westschanse aan de westzijde van de haven in Goes. Hij verkoopt huis en schuur op 20/4/1699.
  • 8/8/1649: Magdaleentjen, vernoemd naar haar overgrootmoeder Magdalena Coupe. Doopgetuigen zijn oom Hubrecht Cornelis Gortssen en tante Maeijken Davids.
  • 2/6/1652: Pieternelle, vernoemd naar haar overgrootvader Pieter N.N. uit Veere. Doopgetuigen zijn oom Pieter Joossen de Wolf en zijn vrouw Jacobmijntjen Mispelbloem. Pieternelle Mathijs de Wolf, jongedochter van Goes, trouwt te Goes op 29/1/1676 met Cornelis Bouwens, weduwnaar van Anna Frans.
  • Er is ook nog een dochter Catherine Mathijs de Wolf, geboren omstreeks 1647 of 1650. Zij trouwt 14/3/1670 te Goes met Joannes Digmans Hase, jonkman van Sint Annaland, met attestatie van Middelburg. Ze trouwt voor 1681 met Augustijn Forts.

Op 14/10/1647 koopt Matthijs de Wolf een huis in de Sint Adriaanstraat 5 in Goes. Blijkbaar wonen schoonzus Janneke Gortsen en zwager Reijnier Schoorhoucq in dit huis. Wanneer Reijnier vervolgens overlijdt, blijkt uit een weeskamer akte van 22/6/1649 dat Mattheus Joossen nog het geld moet betalen voor het huis in de Sint Adriaanstraat. Hij verkoopt dit huis op 15/11/1649.

Matthijs Joossen de Wolff koopt 25/6/1657 een huis op een adres wat we nu kennen als Wijngaardstraat 10. Hij verkoopt dit op 24/5/1660.
Op 29/8/1667 koopt Matthys Joossen de Wolff, schipper, een huis binnen de Westschans in Goes. De erfgenamen Mathijs Joossen de Wolf verkopen dit huis op 25/3/1680. Het wordt dan omschreven als een huis genaamd “de Stadts Herberge” gelegen bij een fort aan de Westzijde van de haven in Goes.
Mathijs Joossen de Wolff koopt 3/11/1753 een huis tussen de 2 waterpoorten, wat hij vervolgens weer verkoopt op 18/3/1675.

Op 13/1/1680 wordt een dochter van Mathijs de Wolf begraven in het koor van de kerk in Goes. Ik weet niet welke dochter hier precies mee wordt bedoeld. Het kunnen in principe al zijn dochters zijn behalve Catharine.

Matthijs Joossen de Wolf wordt begraven in december 1678 te Goes.
Zijn weduwe Magdalena Gortsen wordt begraven op 10/3/1681 in het koor van de kerk in Goes. Na haar dood verkopen haar erfgenamen het huis waarin ze woonde, op een locatie die nu gekend is als Grote Kade 18 in Goes.

Joos de Wolf (ong. 1575 – 1649) uit Goes.

Joos de Wolf wordt geboren omstreeks 1575, vermoedelijk te Lokeren, als zoon van Jan de Wolf en van Janneken (van) Waterschoot. Zijn vader is schipper en het is mogelijk dat Joos sinds zijn geboorte woont op het schip van zijn vader. Joos wordt zelf ook schipper. Hij groeit op met ten minste drie zusters: Maeijken, Josijnken en Lysbeth.

Het is niet precies vast te stellen wanneer het gezin De Wolf zich in Goes vestigt. Vermoedelijk is dat ergens tussen 1588 en 1595. Vader Jan de Wolf zou de poorters eed van Goes afgelegd hebben maar ik kan daarvan niet met zekerheid een inschrijving vinden. De vroegste vermelding die ik van de familie kan vinden is het huwelijk van Joos.

Op 5/6/1596 trouwt Joos Jansen, Jong gezel van Lokeren, in Goes met Grietien Pieters, jongedochter vander Veren (= Veere). Jan de Wolf, vader van de bruijdegom, en Jacob Quirijnsen (getuige van de bruid, wellicht haar voogd) geven hun toestemming voor het huwelijk. NB: de vader van Grietien Pieters zou normaal gesproken Pieter NN moeten zijn. Jacob Quirijnsen is dus niet haar vader.

Van Jacob Quirijnsen kan ik achterhalen dat hij (ook) schipper is in Goes. Hij heeft een zoon (Chri)Stoffel Jacob Crijnsen, eveneens schipper, die later toeziend voogd is van de kinderen van Joos en Margareta. Jacob Quirijnsen heeft een huysvrouw Willemijntje (Stoffels?). Daarnaast krijgen Joos de Wolf en Margareta Pieters een zoon die ze Stoffel noemen.

Grietken Pieters, vrouw van Joos de Wolf, overlijdt in december 1616. Om te kunnen hertrouwen, moet Joos eerst de voogdij over zijn kinderen regelen. Dat gebeurt op 8/4/1617. Kinderen die dan worden genoemd zijn Maeijken, Pieter, Gillis, Stoffel, Jan en Mattijs Joossen de Wolf. Voogd is Christoffel Jacobsen.

Joos de Wolf, weduwnaar van Lokeren, trouwt 23/8/1617 te Goes met Helena Pieterse, dochter van Pieter Busschieter en op dat moment weduwe van Jasper Anthuenissen.

Helena Pieterse trouwde 11/2/1612 te Goes als jongedochter van Goes met Jaspar Anthonissen, jonkman van Goes, zoon van Anthonij Matheusen Brune en van Baldijntjen Meertens. Cornelis Pieterse was huwelijksgetuige voor zijn zuster Helena, uit naam van zijn vader.

Jasper Anthonissen Brune kocht 5/12/1616 een huis op de Kade Westzijde. Kort erna moet hij zijn overleden. Het betekent dat zijn weduwe Helena tijdens haar huwelijk met Joos de Wolf beschikt over een huis aan de Kleine Kade, tegenwoordig bekend als nummer 19.

Helena Pieters Busschieters wordt stiefmoeder van de volgende kinderen van Joos de Wolff en van Margareta Pieters:

  • Maaijken Joos de Wolff, geboren omstreeks 1597. Ze trouwt 17/5/1615 te Goes met Jan Janssen Burghgrave. Hij overlijdt omstreeks 1625 en laat drie kinderen na: Jan Burchgraven, Gryetken Burchgraven en Pyeter Burchgraven. Maeijke Joos de Wolf, weduwe van Jan Janssen Burghgrave, trouwt 15/4/1626 te Goes met Marijnis Jacobsen, weduwnaar van Eva Faes. Marijnis Jacobsen is smid in Goes. Op 1/7/1648 wordt in Goes een dochter van Joos de Wolff begraven. Dit zou Maeijken kunnen zijn, maar het kan ook een kind van haar neef Joos Pieterse de Wolf zijn.
  • Pieter Joossen de Wolf, geboren omstreeks 1598 – 1600 en vernoemd naar zijn grootvader Pieter N.N., de vader van Margareta Pieters. Hij wordt begraven op 21/5/1657 te Goes. Hij trouwt met Jacobmyna Mispelblom (vermoedelijk een dochter van Heijdrick Mispelbloem en van Luentgen Jacobs). Zij wordt begraven 18/1/1666 te Goes. Samen krijgen ze de volgende kinderen, gedoopt te Goes:
    * 2/5/1627: Margriete Pieters de Wolf. Ze trouwt met Cornelis Visse (= Wisse?) en hertrouwt 12/3/1687 te Goes met Jan Janssen Blom, weduwnaar. Ze wordt begraven in januari 1693 in de kerk in Goes.
    * 1/7/1629: Pieter Pieters de Wolf.
    * 19/1/1631: Joos Pieters de Wolf. Hij wordt later koopman / schipper / handelaar. Hij woont afwisselend in Kruiningen (of Oostdijk) en in Goes. Hij wordt begraven op 17/2/1698 te Goes.
    * 16/7/1634: Hendrick Pieters de Wolf.
  • Gillis Joossen de Wolf, vernoemd naar zijn overgrootvader Gillis van Waterschoot.
  • Stoffel Joossen de Wolf, vernoemd naar een overgrootvader van moederskant.
  • Jan Joossen de Wolf, vernoemd naar zijn grootvader Jan de Wolf.
  • Matthijs Joossen de Wolf. Hij wordt begraven in december 1678 te Goes. Op 1/2/1636 trouwt Matthijs de Wolff te Goes met Magdalena Gortssen.

Joos Jansen de Wolff wordt begraven 28/2/1649 in Goes.
Zijn tweede vrouw Helena, dochter van Pieter Busschieter, wordt begraven op 11/10/1652 te Goes.

Tijdens zijn leven koopt en verkoopt Joos Jansen de Wolff, schipper, meerdere huizen in Goes. Dit zijn de huizen die ik heb kunnen vinden, het genoemde adres is ”vertaald” naar nu:

  • 16/12/1602 koop Joos Jansen Wolff een huis aan de Oostzijde van de kade in Goes. Tegenwoordig staan hier twee huizen, namelijk Grote Kade 18 + 20. Hij verkoopt nummer 20 op 19/3/1617, een paar maanden na het overlijden van zijn eerste vrouw. Het deel van nummer 18 blijft zijn eigendom. Na zijn dood verkopen zijn erfgenamen het huis Grote Kade 18 op 25/5/1649 aan (zoon) Mathijs Joossen de Wolff. Matthijs verkoopt het huis op 22/11/1649, maar koopt het terug op 11/12/1650.
  • Na zijn huwelijk op 23/8/1617 met Helena Pieters Busschieter, wordt Joos automatisch de eigenaar van haar eigendom, namelijk een huis op de Kleine Kade 19 te Goes. De erfgenamen van Joos Jansen de Wolff verkopen 25/5/1649 het huis Kleine Kade 19 aan Helena Pieters, weduwe Joos Jansen de Wolff. Dat is een beetje cynisch aangezien het hoe dan ook haar huis was, maar misschien is de ”verkoop” vooral symbolisch. Op 2/12/1652 verkopen de erfgenamen Leenken Pieters, weduwe Joos de Wolff, het huis aan iemand van buiten de familie.
  • Joos Jansen Wolff koopt 8/7/1619 een huis aan de Kreukelmarkt 14 te Goes. Hij houdt dit huis tot zijn dood in zijn bezit. De erfgenamen Joos Jansen de Wolff verkopen dit huis op 25/5/1649 aan iemand van buiten de familie.
  • Joos Jansen de Wolff koopt 19/2/1624 een huis aan de Molendijk in Goes. Ook dit huis houdt hij tot zijn dood in bezit. De erfgenamen Joos Jansen de Wolff verkopen 25/5/1649 het huis aan de Molendijk aan (oudste zoon) Pieter Joossen de Wolf. Hij verkoopt dit huis op 5/10/1654.
  • Joos de Wolff koopt op 4/8/1608 een huis in Oostdijk genaamd Het Wapen van Schotlandt. Dit huis komt later vermoedelijk via zoon Pieter de Wolf in het bezit van zijn (klein)zoon Joos Pieterse de Wolf die kaptein wordt genoemd en niet alleen schipper is, maar ook koopman. Dit leid ik af uit een notarisakte uit Bergen op Zoom van 9/2/1675 waarin wordt gesproken over Joos de Wolff, handelaar, wonende te Kruiningen.